Selecteer Pagina

‘Terug naar de missie’

door | 26 okt, 2021 | Maintenance, Uitgelicht

0032 0478 391 327

De Stichting Industriële Reiniging (SIR) was de laatste tijd te ver afgeweken van haar oorspronkelijke doel: het verbeteren van de veiligheid in de sector. Het is zaak hier weer primair aandacht aan te schenken, vindt voorzitter Jürgen Matthyns. “Als je je op veiligheid richt, komt dat automatisch de kwaliteit ten goede.”

[ihc-hide-content ihc_mb_type=”show” ihc_mb_who=”2,4″ ihc_mb_template=”3″ ]

‘Nieuw’ is niet het eerste woord dat opkomt, denkend aan Jürgen Matthyns in de wereld van industriële reiniging. Hij is directielid van industrieel reiniger HCI, al jaren lid van de SIR en er sinds tien jaar bestuurslid. Gepokt en gemazeld in het vak, zo kun je Matthyns wel beschouwen.

Sinds maart dit jaar is hij de nieuwe voorzitter van de SIR. Hij nam het stokje over van tijdelijk voorzitter Hans Buitendijk, die de plek innam na het afscheid van Lejo Bekker. Matthyns – een Vlaming – was aanvankelijk lid van de ICB, de Belgische belangenbehartiger voor industriële reiniging. In 2003 fuseerde de SIR met ICB, wat volgens Matthyns een goede zaak was. “Eigenlijk was het vreemd dat er twee organisaties voor Nederland en België waren. Reinigingsbedrijven zijn in beide landen actief en bedienen dezelfde klanten. Dan is het vanzelfsprekend voor beide landen één organisatie te hebben.”

Meters maken

Met Matthyns aan het roer slaat de SIR een andere koers in. “We waren onze missie uit het oog verloren”, stelt hij. “De missie van de SIR is het verbeteren van de veiligheid op de werkvloer, door mensen kennis bij te brengen over veilig werken. Daar zijn wij in de loop der tijd te ver van afgeweken. Je moet je voorstellen dat we toen de SIR ontstond te maken hadden met ernstige, soms zelfs fatale incidenten in de sector. De eerste jaren was het niet zo moeilijk om op het gebied van veiligheid meters te maken. Met verschillende deskundige partijen – waaronder opdrachtgevers, leveranciers en industriële reinigers – gingen we rond de tafel zitten en kwamen we vlot tot positieve resultaten. De eerste tien jaar daalde het aantal ongevallen in industriële reiniging sterk. We hadden goede handboeken gemaakt en alles zo’n beetje wel uitgevonden. Dan hebben organisaties de neiging zichzelf opnieuw uit te vinden. Zo loop je je eigen missie voorbij.”

Dankbaar

Matthyns vertelt dat binnen de SIR werd gewerkt aan een systeem om de kwaliteit in de sector te meten en bevorderen. “Maar als je je bij industriële reiniging op veiligheid richt, komt dat automatisch de kwaliteit ten goede. De introductie van een kwaliteitshandboek moet niet het doel zijn. Je moet goed zijn in wat je doet. Dat neemt niet weg dat we trots mogen zijn op de stappen die we hebben gezet. Maar op een gegeven moment ga je spijkers op laag water zoeken. Ongevallen die niet plaatsvinden, meet je immers niet.” Voormalig voorzitter Jonny Kappen – volgens Matthyns ‘een monument voor de sector’ – was degene die bij het bestuur aan de bel trok. “Hij heeft met de vuist op tafel geslagen en gaf aan dat de SIR zich weer moet richten op de essentie: het verbeteren van de veiligheid. Ik ben dankbaar dat Jonny dit heeft aangekaart.”

Verder kijken

In de markt voltrekt zich een evolutie, ziet Matthyns. De automatisering in industriële reiniging neemt toe, waarbij medewerkers uit de zogeheten ‘line of fire’ worden gehouden. “In het nieuwe handboek hoge druk van de SIR zijn deze nieuwe technieken opgenomen. Ze vormen een belangrijk onderdeel van een nieuwe manier van werken. “Ik merk dat grote opdrachtgevers – veelal koploper in het gebruik van nieuwe technieken – het idee hebben dat het werk overal op dezelfde manier gaat. Maar in andere industriële sectoren wordt industriele reiniging heel anders beleefd. Vergelijk het met een klas vol leerlingen. Ze halen niet allemaal een negen. Sommigen hebben een krappe voldoende, terwijl je ook zo eerlijk moet zijn dat een enkeling niet over gaat. Niet iedere SIR-deelnemer volgt de regels perfect.” Dat opdrachtgevers uit financieel oogpunt bezwaar maken tegen het gebruik van nieuwe technieken, gaat er bij Matthyns niet in. “Niemand wil een ongeval. Ik heb het idee dat niet iedereen de alternatieven kent. Het nieuwe handboek geeft daar zoals gezegd een goed antwoord op. Je moet niet  ook verder kijken dan alleen naar de financiën. Automatiseren betekent niet dat de kosten automatisch stijgen. Ik ken gevallen waarbij automatisering leidt tot een betere reiniging, meer efficiency, een hogere warmteoverdracht, en dus tot besparingen. Verschillende opdrachtgevers hebben dit al op langere termijn ervaren.”

Verbeterslag

Hoe valt ook het veiligheidsniveau van de mindere leerlingen in het klasje op te vijzelen? Volgens Matthyns begint dit met het opstellen van handboeken. “Dat is de basis. Maar ook is het opleiden van mensen is belangrijk. Je moet niet een handboek maken en dan denken: ze leren het wel. Vroeger waren er na een basisexamen alleen nog maar theoretische herhalingstrainingen. Theorie is echter een kunstje dat je kunt leren, maar het vormt je niet. SIR is geen opleider, maar we gaan opleidingsbedrijven meer met kennis voeden. We gaan ze helpen. Deze bedrijven zijn ook lid van de SIR. Ook zullen de examens – die SIR afneemt – meer op de mens zijn gericht. Het doel is niet dat cursisten een score van 99 op 100 halen, maar dat ze iets leren. We hebben speciaal voor opleidingsbedrijven een aparte werkgroep binnen de SIR opgericht. Ik geloof dat er een verbeterslag valt te maken.”

Transparant en open

“De SIR heeft een mooie geschiedenis. De overheid verwijst bij ongevallen naar onze handboeken. Ook de Arbowetgeving gebruikt SIR-regels. Daarmee zijn wij eigenlijk wetgever”, zegt Matthyns. “Dertig jaar geleden waren wij een kleine club die direct resultaat zocht met het verminderen van ongevallen op de werkvloer. Dat is nobel, maar nu moeten we door. Er is nieuwe wetgeving voor stichtingen in Nederland en ook nopen nieuwe normeringen en certificeringen ons om verder te kijken. Wij zijn geen voetbalvereniging, waar het alleen gezellig is en een glaasje wordt gedronken. Het zat bijvoorbeeld niet lekker dat het benoemen van bestuurders niet goed in de statuten was vastgelegd. Daarom zal het nieuwe beleidsplan, dat zo goed als klaar is, nieuwe reglementen hierover bevatten. De SIR moet een open en transparante organisatie worden. We moeten geen grijzemannenclub, een onderonsje van een handvol bestuurders, willen zijn. Die reputatie hadden we eerlijk gezegd wel.”

Actievere deelname

Het beleidsplan waaraan Matthyns refereert, bevat meer nieuwigheden die de professionalisering van de SIR ten goede komen. Zo worden er vakgroepen opgericht die toegankelijk zijn voor iedere geïnteresseerde uit de sector. “Door middel van e-mails en in de toekomst door een forum worden vakgroepleden op de hoogte gehouden. Hierdoor heeft men de mogelijkheid om actief input te geven en met elkaar van gedachten te wisselen. Een werkgroep kan niet honderd man groot zijn. Die moet lean and mean zijn, zodat er beslissingen kunnen worden genomen. Het leuke is dat vakgroepen een recruteringsplatform zijn voor de werkgroepen. Zo kunnen wij de praktische kant er meer bij betrekken.” Volgens Matthyns is dat voornamelijk belangrijk van de zijde van reinigingsbedrijven. “Vooral leveranciers en opdrachtgevers hebben zitting in de werkgroepen. Zij maken de regels, die anders uitpakken wanneer er geen praktische mensen bij zitten. Het is prima als een techneut wordt afgevaardigd, maar we willen ook de stem van de practical skills horen, de ruwe reinigingsmannen en -vrouwen. We roepen reinigingsbedrijven op tot een actievere deelname aan de SIR.”

Rust in de tent

Het nieuwe handboek had begin september op een live event van de SIR gepresenteerd moeten worden. “We hadden het goed voorbereid. Het zou de eerste live bijeenkomst sinds de coronacrisis worden. We keken ernaar uit om weer te kunnen netwerken. Dat hebben we gemist”, aldus Matthyns. Maar omdat versoepelingen van de RIVM-richtlijnen ten aanzien van corona uitbleven, moest de bijeenkomst worden uitgesteld. “Jammer, maar als veiligheidsorganisatie kunnen wij natuurlijk niet aan de regels tornen.” Het handboek zal in elk geval niet op een digitaal event worden gepresenteerd. Daar is de SIR de organisatie niet voor, vindt hij. “We hebben één keer eerder een digitale vergadering gehad. De opkomst was toen maar eenderde van een live event. We zullen het nieuwe handboek zo snel mogelijk lanceren. Er is sprake van uitstel, geen afstel.” Matthyns, die zijn eigen managementstijl omschrijft als no-nonsense en zich als een verbinder ziet, zegt de komende tijd bezig te zijn om SIR ‘terug naar de missie’ te brengen. “We moeten de onnodige ballast aan afschudden. Komend jaar zullen we het nieuwe beleidsplan veel aandacht geven. We gaan onze deelnemers hierover informeren en vooral voor rust in de tent zorgen.”

Onmisbare niche-activiteit

“Weet je, eigenlijk is de SIR maar een Mickey Mouse-clubje”, relativeert Jürgen Matthyns van de SIR. Hij verklaart: “Industriële reiniging is immers een nichemarkt. Maar het is wel een essentiële activiteit. Tijdens de coronacrisis was snel besloten dat de industriële reiniging door moest gaan. Hoewel industriële reiniging belangrijk is, is het geen sexy sector. We mogen daar best wat meer reclame voor maken. De meeste mensen in industriële reiniging houden van hun job.”

[/et_bloom_locked]

Nieuwsbrief

Wekelijks het laatste Rotterdamse industrienieuws direct in je inbox? Meld je dan nu aan en blijf zo op de hoogte!

Bedankt voor het aanmelden. Veel leesplezier!