Het ligt in de lijn der verwachting dat de raffinaderijen in Rotterdam de komende jaren meer CO2 gaan uitstoten. Dit denkt Jan Maarten van der Steen van de VNPI.
Van der Steen doet zijn uitspraken in het Financieele Dagblad. De krant beschrijft hoe de raffinaderijen in het Rotterdamse havengebied ondanks de energietransitie allerminst een terugtrekkende beweging maken. Integendeel, want Shell en ExxonMobil investeren samen voor circa twee miljard in de optimalisering van de bedrijfsprocessen in hun raffinaderijen. De oliemaatschappijen verwachten dat de vraag naar hun producten in de komende jaren zal toenemen.
Laagzwavelige diesel
De maritieme sector zal door de steeds strenger wordende regelgeving waarschijnlijk minder stookolie afnemen. Hierdoor gaan raffinaderijen meer CO2 uitstoten. Dit verwacht Van der Steen, omdat de stookolie zal worden omgezet in laagzwavelige diesel. Dit kost veel energie, met een verhoogde CO2-uitstoot tot gevolg.
Raffinaderijen
Het door het Havenbedrijf Rotterdam gestarte initiatief van een CCS-leidingnetwerk in de haven roept bij Van der Steen zowel positieve als negatieve gevoelens op. Duidelijk is dat de raffinaderijen gezamenlijk een groot deel van de CO2-uitstoot in het havengebied voor hun rekening nemen, en dat afvang en opslag ervan direct tot een grote reductie leidt. Hij wijst er echter op dat CCS ‘een heel dure maatregel’ is. Dit heeft te maken met de prijs van CO2-uitstoot, die op het moment laag is: zeven euro per ton. Het afvangen en opslaan van CO2 kost rond de vijftig euro per ton.
Snel resultaat
Toch stelt Van der Steen dat de sector ‘welwillend’ tegenover het plan staat, simpelweg omdat het nog altijd goedkoper is dan de alternatieven. Bovendien levert het snel resultaat op. De Nederlandse overheid en de Europese Unie zullen wel bij moeten dragen in de kosten, die op ‘vele honderden miljoen euro’ kunnen uitvallen.