Einde aan slepend conflict

De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) komt financieel over de brug bij het aardbevingsbestendig maken van de Eemskanaaldijk en de zeedijk tussen Eemshaven en Delfzijl. Dat heeft dijkgraaf Bert Middel van waterschap Noorderzijlvest tijdens een vergadering van het algemeen bestuur bekendgemaakt. Het waterschap krijgt 8,34 miljoen euro voor de versterking van de Eemskanaalkade en maximaal 50 miljoen euro voor het ophogen en verstevigen van de zeedijk bij Delfzijl en Eemshaven.

NAM

Daarmee lijkt een einde te zijn gekomen aan een slepend conflict tussen waterschap Noorderzijlvest en de NAM. De gasproducent was van mening dat de aanpak van het zwakste deel van de Eemskanaaldijk goedkoper had gekund. Het waterschap vroeg 10 miljoen euro en voelde zich bij de technische uitwerking gesteund door deskundigen. De NAM hield lange tijd voet bij stuk en keert voor de Eemskanaaldijk nu 8,34 miljoen euro uit. Ook over de bijdrage van de NAM aan de zeedijk tussen de Eemshaven en Delfzijl is stevig onderhandeld. Het 12 kilometerlange traject wordt met het oog op zeespiegelstijging en extreme weersomstandigheden 10 tot 15 meter verbreed en 50 centimeter verhoogd. In Delfzijl gaat de dijk zelfs met twee meter omhoog. Met het project is in totaal een bedrag gemoeid van 180 miljoen euro. De NAM neemt voor het aardbevingsbestendig maken maximaal 50 miljoen euro voor zijn rekening.